Woningbouw blijft sterk achter bij huishoudensgroei
De maatregelen rond stikstof kunnen niet voorkomen dat de nieuwbouw van woningen op korte
termijn terugvalt. Tegelijkertijd verwacht het CBS een sterke toename van het aantal
huishoudens. In de periode 2020-2023 zullen naar verwachting netto 230.000 woningen aan de
woningvoorraad worden toegevoegd, terwijl het aantal huishoudens met bijna 335.000 zal
toenemen. De spanning op de woningmarkt zal de komende jaren hierdoor toenemen.
Dit concludeert het EIB in de zojuist verschenen studie ‘Woningbouw 2020-2023;
Vooruitzichten op basis van maatregelen rond stikstof’.
Tijdelijk sterke terugval in vergunningen
In 2019 viel de vergunningverlening terug van 70.000 naar 57.000 woningen en ook dit
jaar zal de vergunningverlening naar verwachting niet betekenisvol hoger uitvallen.
Stikstof speelt hierbij een belangrijke rol. Het overheidsbeleid om stikstofdeposities
rond Natura2000-gebieden te verminderen en hiermee ruimte te bieden voor
woningbouw heeft tijd nodig om effectief te worden. Pas in 2021 kan de
vergunningverlening naar verwachting weer sterk aantrekken tot 77.000 woningen en
vervolgens verder toenemen tot 80.000 in 2022 en 2023.
Woningbouw blijft achter bij beleidsdoelen
De beleidsdoelstelling om ieder jaar ten minste 75.000 woningen aan de
woningvoorraad toe te voegen zal in de periode 2020-2023 niet worden gerealiseerd.
Het hierboven beschreven patroon van de vergunningverlening werkt namelijk ook
maar geleidelijk door in de oplevering van woningen. In totaal zal in deze periode de
woningvoorraad met gemiddeld 57.000 per jaar kunnen toenemen, wat ver achter blijft
bij de doelstelling van het kabinet. Bovendien is de beleidsdoelstelling zelf aan de lage
kant gelet op de hogere huishoudensgroei in de nieuwe demografische prognose van
het CBS. Het aantal huishoudens neemt in de periode 2020-2023 naar verwachting met
bijna 335.000 huishoudens toe, terwijl het aantal opgeleverde woningen 230.000
bedraagt, waardoor het verschil tussen de groei van de woningvoorraad en het aantal
huishoudens verder uiteenloopt.
Bronmaatregelen om de woningbouw ruimte te bieden vergen tijd om effectief te
worden
Het kabinet voert drie bronmaatregelen door om weer ruimte te bieden voor
(voornamelijk) de woningbouw. Het gaat om de verlaging van de maximumsnelheid op
snelwegen tot 100 km/u, een andere samenstelling van veevoer en een vrijwillige
saneringsregeling voor varkenshouderijen. De snelheidsverlaging wordt deze dagen
doorgevoerd, maar hiervoor zullen vervolgens nog regionale
stikstofadministratiesystemen moeten worden opgezet om extra vergunningverlening
mogelijk te maken. De maatregelen richting de landbouwsector hebben zelfs nog meer
tijd nodig om effectief te worden. Hierdoor zal de vergunningverlening dit jaar nog
maar weinig profiteren van de maatregelen.
Vergunningverlening komt vanaf 2021 weer stevig op gang
Vanaf volgend jaar kan de volledige salderingsruimte van de snelheidsverlaging
worden ingezet en komt ook de salderingsruimte van de andere twee maatregelen
richting de landbouw vrij. De snelheidsverlaging is de maatregel die als eerste extra
ruimte oplevert, maar de maatregelen richting de landbouw leveren op termijn de
meeste ruimte op. Stikstof is voor de vergunningverlening in de periode 2021-2023 dan
gaandeweg geen wezenlijk obstakel meer. Uit indicatieve berekeningen van het RIVM
blijkt dat alleen rond Den Haag en Zuid-Kennemerland nog sprake zal zijn van
restricties op grond van stikstofdeposities.
Klik hier voor het volledige persbericht.
Klik hier voor de volledige publicatie.
Inlichtingen bij Taco van Hoek
(020) 205 16 00
eib@eib.nl